Aan de Dorpsstraat in Renkum, tussen de bomen, ligt Villa Welgelegen. In dit vrijstaande pand is sinds 2011 een Thomashuis gevestigd. Negen mensen met een verstandelijke beperking wonen en leven er samen met twee zorgondernemers; Thijs en Helen Geurts zijn daar in de zomer aan de slag gegaan. We vroegen ze naar hun plannen en ambities voor de komende jaren.
Twaalf jaar geleden opende het Thomashuis in Renkum. Helen, destijds 20, woonde om de hoek op kamers. ‘Ik liep vaak langs het pand en zag dat er een woonvoorziening voor mensen met een verstandelijke beperking zou openen. Ik besloot een sollicitatiebrief te sturen, want ik zocht een baan naast m’n studie Maatschappelijk werk.’
Zo moeder, zo dochter
De zorgondernemers waren helaas niet op zoek naar personeel, ‘Maar een tijdje later werd ik toch teruggebeld door Thomashuis Renkum: of ik nog interesse had. Ik was inmiddels voorzien, maar heb toen mijn moeder aangedragen – zij werkte namelijk ook in de zorg. Uiteindelijk heeft ze vijf jaar met veel plezier bij het Thomashuis gewerkt.’
Via haar moeder leerde Helen de bewoners en het concept kennen. ‘Ik wandelde in die tijd af en toe binnen voor een kop koffie, en voelde me er al snel helemaal thuis.’ Toen Thijs en Helen wisten dat de toenmalige zorgondernemers aan het einde van hun 2e termijn met de zorgfranchisegever kwamen, namen ze contact op om aan te geven dat ze interesse hadden om het Thomashuis over te nemen. Toen de zorgondernemers haar in 2022 belden met de mededeling dat ze gingen stoppen, twijfelden zij en haar man Thijs geen moment. ‘We wilden heel graag ondernemen in de zorg. Samen met ons gezin een nieuwe levenswijze aannemen leek ons heel erg mooi.’
Van fysiotherapie naar gehandicaptenzorg
Thijs spreekt vooral de kleinschaligheid van het Thomashuis erg aan. ‘Ik ben opgeleid tot fysiotherapeut, en maakte in 2015 de switch naar de gehandicaptenzorg. Ik was teamcoördinator bij een instelling voor patiënten met complexe problematiek. Vooral veel agressieproblemen en zwaar autisme.’
‘De zorg trok me, om de simpele reden dat ik mensen wilde helpen. De eerste twee jaar voelden voor mij dan ook nooit als werk’, gaat Thijs verder. ‘Maar steeds vaker stoorde ik me aan de logheid van de organisatie. Zeker bij complexe casussen moest ik álles overleggen. Wilde ik iets voor elkaar krijgen, dan kwamen daar allerlei protocollen en regels bij kijken. Bij het Thomashuis zijn de lijntjes kort. Willen we iets veranderen of zien we dat een van de bewoners iets nodig heeft, dan hoeven we dat in principe alleen met de ouders en het team te overleggen.’
Structuur én vrijheid
Het zit ‘m in de flexibiliteit, aldus Thijs. ‘Natuurlijk is er ook in het Thomashuis een vaste structuur – dat is belangrijk voor mensen met een beperking. Maar daaromheen is er veel vrijheid. Lezen we normaal vijf minuten voor, maar wil de bewoner dat we langer doorgaan? Dan slaan we gewoon nog een bladzijde om. Zo geven we de bewoners waar zij behoefte aan hebben. Bovendien kiezen wij hoe we de zorg inrichten – dat is de vrijheid die het zorgondernemerschap met zich meebrengt.
Nieuwe levensstijl
En wat wordt voor het stel zelf de grootste uitdaging? ‘Veel mensen om ons heen vonden het spannend dat we dit gingen doen – zéker omdat we drie jonge kinderen hebben’, zegt Helen. ‘Maar wij hebben er alle vertrouwen in dat het gaat lukken. Bovendien zien we steeds meer jonge stellen met kinderen die een Thomashuis runnen, en er ook wonen. De verhalen die we horen zijn allemaal positief.’ Ze is even stil. ‘Weet je wat is het? Ik denk dat het zorgondernemerschap niet moet voelen als werk. Het is een nieuwe manier van leven.’
Bestel nu de beste boeken over Ondernemerschap!
Via onze partner managementboek.nl